Mora – Falun | 87 km
We vertrekken richting Rättvik, en gaan verder naar Nusnäs. We bezoeken de werkplaatsen waar het meest verkochte aandenken aan Zweden wordt gemaakt: de Dalapaarden. De toegang is gratis. We rijden verder naar weg 70. In Rätvikk wandelen we tot bij de kerk en zien er de bijzondere kerkstallen. In terugkomen wandelen we langs het Siljanmeer en lopen we over de langste Europese steiger in een meer. In Falun bezoeken we de oude kopermijn: Falugruva (1,5 u. en €25). De mijn is zeker de moeite. Bovendien ontdekken we er de enorme voorliefde van de Zweden voor de oude Amerikaanse wagens. Echt prachtig.
Falun – Gränna | 370 km
We kunnen er niet omheen, Gränna hoort op de lijst van onze haltes. We overnachten dicht bij het meer. Het kan betalend (140ZK incl. elektra) of gratis op de parking. We slenteren langs de talloze winkeltjes waar de bekende kleurrijke zuurstokken worden gekneed. Bij de haven nemen we de overzet naar het eiland Visingsö in het Vättermeer.
Gränna – Helsingborg | 274 km
Onderweg bezoeken we het fabrieksmuseum van Husqvarna (40ZK). Tussen de talloze tentoongestelde motoren ontwaren we er eentje van Jacky Martens. Ook weer een aanrader. Nu beginnen we aan onze rit naar huis, richting Geel. We moesten deze reis iets dieper in onze geldbeugel tasten maar het loonde meer dan de moeite. Noorwegen is in alle seizoenen een prachtige bestemming. Dankzij de lange zomerdagen kan je lang genieten van de natuur en in de winter is het een topbestemming avontuurlijke voor winterreizen. Van één ding zijn we zeker, de fascinerende, pure, grilligheid van het landschap betovert je.
MEER TIPS EN REISVERHALEN?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief