Frankrijk & Spanje

  • Frankrijk & Spanje

    Een prachtige reis vol wijn, cultuur en feesten!

    We duiken nogmaals met onze camper Spanje in. We krijgen maar niet genoeg van dit Zuiderse land met zijn hete temperaturen en rijke cultuur. Er is ook zoveel te beleven in het land van de Spanjaarden. Maar laten we eerlijk zijn, alleen het heerlijke eten en de verrukkelijke wijn is voor ons al reden genoeg om nog eens richting Spanje te stevenen.

    Route

    Geel – Cloyes-sur-le-Loir | 530 km

    We vertrekken met onze motorhome richting Frankrijk. We willen zo snel mogelijk naar onze bestemming. We omzeilen Parijs en de payages zodat we geen tol hoeven te betalen. Onze route loopt via Jodoigne, Gembloux, Fleurus, Mons, Amiens, Dreux, Chartres, en Châteaudun om uiteindelijk halt te houden op een kleine camperplaats, juist buiten het centrum en naast een parkje gelegen. Iets verderop horen we de rivier Le Loir stromen. Op zich stelt de gemeente Cloyes niet veel voor. Maar we genieten van de rust die deze gratis camperplaats ons biedt. Niettegenstaande dat ze vlak bij de N10 is gelegen. We kunnen rustig even uitpuffen en genieten van alle faciliteiten. Stroom, water en zelfs een toilet zijn beschikbaar. Een uitstekende locatie om snel ons eindpunt te bereiken.

    Cloyes-sur-le-Loir – Gradignan (Bordeaux) | 450 km

    Het grootste deel van ons traject loopt via de N10 over Poitiers, Angoulême en verder naar Bordeaux. Op de rondweg bij Bordeaux nemen we afslag 16. We rijden door Gradignan en bereiken na 4 km de camping. De camping is ideaal gelegen om Bordeaux te bezoeken. Deze Zuid-Franse havenstad staat bekend als de stad van wijn, vijgen en kaas. Zeker een citytrip waard. We nemen de bus naar het centrum de camping. De 18 euro per nacht hebben we graag over voor deze locatie op 20 min. van Bordeaux-centrum. Bordeaux is voor ons echt een verrassing. Een propere en gezellige stad, gevuld met studenten. Sinds de autoluwte in de binnenstad zijn de gebouwen letterlijk schoon geboend.

    In het historische stadscentrum vind je dan weer prachtige 18e eeuwse bouwwerken. Er wordt gezegd dat Bordeaux na Parijs de mooiste Franse stad is. Alleen is Bordeaux een pak kleiner, waardoor we de stad gemakkelijk te voet kunnen verkennen. We nemen de tijd om de stad uitgebreid te bezoeken. Een aanrader: in juni vindt het grote Fête Le Vin plaats. Dan kan je langs de kade van de stad een 2 km lange uitstalling van allerlei kramen vinden, waar je wijn kan proeven. Ook het nieuwe, moderne, La Cité du Vin, een belevingscentrum geopend in 2016, is zeker de moeite. In het museum kom je alles te weten over wijn, door te kijken, horen, voelen en proeven. Kortom, Bordeaux is uitgegroeid tot een prachtige stad waar we gerust nog eens in willen verdwalen

    Gradignan – Urrugne (Hendaye) – Bilbao | 330 km

    We verlaten Bordeaux en houden even halt in Saint-Jean-de Luz. De kleurrijke woningen die de promenade aan zee sieren trekken onze aandacht. Allemaal verschillende gebouwen met karakteristieke kleuren, die een mooi geheel vormen. Daarna bezoeken we de kerk van Johannes de Doper (Saint-Jean-Baptiste). Vooral het altaar springt eruit. Blijkbaar werd een toegang achter het altaar gebruikt door het huwelijkspaar Lodewijk XIV en Maria Theresia van Spanje. Op 9 juni 1660 werd hun politiek geïnspireerde huwelijk hier voltrokken tijdens hun verblijf in Saint-Jean-de-Luz. Louis XIV verbleef 1 maand in het Maison Louis XIV. Als we er een kijkje nemen brengen de prachtige schilderijen en het rijkelijk versierde meubilair de tijd van Lodewijk XIV weer tot leven. We genieten nog even na van het oude Saint-Jean-de-Luz met zijn fraaie panden om af te sluiten met een wandeling langs de oogstrelende uitstalramen in de Rue Leon Gambetta.

    Daarna zetten we onze tocht voort. We gaan de Spaanse grens over langs Irun, verder omheen San Sebastian (Donastia in het Baskisch) om dan na een goede 100 km over prachtige Spaanse wegen onze plaats van bestemming te bereiken: Autocaravaning Kobetamendi. Deze camperplaats is gelegen op een heuvel ten zuiden van de Rio Nervion. Vanaf onze standplaats hebben we een prachtig zicht op Bilbao. Een busstop vlakbij brengt ons voor € 1,25 in 20 min naar het centrum. Voor de liefhebbers is er naast de camperplaats een parkeerplaats waar je eventueel gratis kan staan. Maar voor € 15 geven we toch de voorkeur aan deze mooi gelegen camperplaats.

    De volgende dag pendelen we met het openbaar vervoer tot bij het Guggenheimmuseum. Het gebouw op zich heeft zo’n ‘wow-effect’, dat we ons neerstrijken op één van de banken in de omgeving van Frank Gehry’s creatie om het kunstwerk op ons te laten inwerken. De reuzenspin naast het Guggenheim is van de hand van Louise Bourgeoise. Daarvoor kon je het terugvinden bij het graf van James Ensor in Raversijde. Binnen is het gebouw even prachtig en indrukwekkend als langs de buitenkant. Gepensioneerden mogen binnen voor 6 euro, inclusief audiogids. Na een uurtje de tentoonstellingen over moderne kunst te verkennen en ons te verbazen over het design van het museum zelf, stappen we weer naar buiten. Langs Nervion wandelen we naar het oude centrum. We bezoeken de oude wijk van Bilbao de Casco Vieja en genieten er van de lokale tapas in één van de vele tapas bars. De volgende dag besteden we aan de gotische Basilica de Santiago en de Siete Calles. Is je honger naar schilderkunst nog niet voldoende gestild, bezoek dan zeker ook het prachtige ‘Museo de Bellas Artes’.

    Bilbao – Burgos | 65 km

    Na de middag vertrekken we richting Burgos, partnerstad van Brugge. We rijden via de AP 68 en Miranda de Ebro. Na een kleine 2 uurtjes bollen bereiken we Burgos. De camperplaats naast de rivier Arlanzon is volzet. Er is slecht plaats voor een paar motorhomes. We besluiten dan maar camping Fuentes Blancas als uitvalsbasis te nemen. We kunnen er onze ACSI-campingcard gebruiken. Je kan kiezen of je met het openbaar vervoer of zelfs de fiets naar het centrum rijdt. Er zijn wel 8 bruggen die de stad verbinden. In 1200 wordt de eerste brug over de Arlanzon aangelegd zodat pelgrims konden verder reizen naar Santiago de Compostella.

    Bovenaan ons lijstje staat de kathedraal met zijn zaagvormige torens. We betalen 6 euro inkom. De kathedraal waaraan meer dan 100 jaar is gebouwd, overdondert ons met de talrijke grafmonumenten, retabels, kapellen en kunstwerken die we daar terugvinden. Maar ook de kapel van Sint-Anna loont de moeite en natuurlijk gaan we niet voorbij aan het graf van de Spaanse ridder El Cid. Als je naar boven kijkt, zie je een kist tegen de muur hangen. De kist verwijst naar een legende uit het leven van El Cid. Die legende gaat als volgt. El Cid moest geld lenen om zijn soldaten te kunnen betalen. Als onderpand gaf hij de financier een kist die vol zat met het ‘goudgeelslijk’ der aarde. Hij was de sleutel kwijt maar bezwoer de financier dat hij terugkwam om het geld met rente terug te betalen. De ridder hield woord en kwam op de afgesproken moment terug en vereffende zijn schuld. Nu werd het de financier te machtig. Hij wilde weten wat zich in de kist bevond. El Cid opende de kist en zei: “Ziehier goudgeel slijk der aarde: duinzand”. Uit de verhalen blijkt dan ook dat El Cid een meester was in het bluffen. Na het bezoek aan de kathedraal maken we het ons gemakkelijk en bezoeken we de rest van de stad met het toeristisch treintje dat vlakbij de kathedraal voor anker ligt. De perfecte manier om Burgos van dichtbij te leren kennen.

    Burgos – Berriozar (Pamplona) | 220 km

    We rijden nu langs de autonome regio ‘La Rioja’ en we denken meteen aan de bekende Riojawijnen. We zijn dan ook verplicht om in Briones de prachtige bodega Dinastia Vivanco te bezoeken. In 2004 werd het gebouw geopend door koning Juan Carlos. Er zijn 2 opties: je kan de wijngaarden en de kelders bezoeken of je kiest voor het museum. Wij kiezen voor het museum. Het is in één woord prachtig. Dit wijnmuseum kent zijn gelijke niet. Van de gebruikte werktuigen in de wijngaard tot de behandeling van de struiken, elk onderdeel van het proces wordt aangesneden. De toer wordt rijkelijk aangevuld met video-opnames, alles wordt uniek voorgesteld of is tastbaar aanwezig. Tijdens de rondwandeling nemen wij een kijkje in de prachtige wijnkelder of beter gezegd wijngalerij.

    Op het einde krijgen we een ongelooflijke collectie kurkentrekkers te zien. Zelfs ‘Manneken Pis’ figureert nadrukkelijk in de enorme etalage, nu weliswaar als kurkentrekker. Na een heerlijke proeverij met verschillende wijntjes (met mate) rijden we verder. Het aantal bodega’s dat we onderweg tegen komen is niet te tellen. Maar er is er ééntje die we kost wat kost nog willen zien. De Marques de Riscal bodega in El Ciego. Niet zozeer omwille van de wijntjes maar door het prachtige, futuristische hotel getekend door Frank Gehry (architect van het Guggenheim). Om een foto van dichtbij te nemen, moeten we langs de souvenirwinkel. Het gebouw is werkelijk een abstract kunstwerk. Naar het schijnt herbergt dit hotel de duurste kamers als je de bouwprijs van het gebouw verrekent per kamer. Het is op zijn minst apart te noemen.

    We rijden verder naar Laguardia, maar niet zonder een kleine omweg te hebben gemaakt langs de bodegas Ysios. Weer een opmerkelijk bouwwerk dit keer getekend door Calatrava, de architect van bekende bruggen. We parkeren onze camper buiten de stadsmuren van Laguardia. We wandelen door de gezellige, nauwe straatjes en verkennen de vele pleintjes waar Spanjaarden hun koffie solo zitten te drinken, hevig discussiërend over de politieke actualiteit. Wij gaan lunchen in restaurant Biazteri waar we gastvrij onthaald worden door de vriendelijke eigenaar. Ondertussen zijn we al goed op de hoogte van de verschillende druivensoorten zoals Tempranillo, Viura, Garnacha en nog vele andere. Gewapend met deze nieuwe kennis, kiezen we voor een heerlijk, fris wijntje tijdens de lunch.

    We rijden omheen Logroño naar het dorpje Estella en parkeren er net buiten het centrum. We wandelen langs de Plaza San Martin met waar we het Palacio de los Reyes de Navarra terugvinden. Het paleis huisvestigde vroeger de koning en de koningin van Navarre (Pamplona). De San Pedro kerk wippen we even binnen terwijl we de Mudejarstijl in ons opnemen. In deze typische stijl zijn moslim en christelijke elementen verweven. Daarna rijden we verder naar Puente La Reina. Maar niet zonder een korte stop te maken in de bodega Irache. We willen de wijnfontein zien waaruit water en rode wijn komt. We stappen naar het klooster en daar nemen we de  kiezelweg naar beneden. Vlakbij de bodega ontdekken we de beschreven kraantjes. Een kleine slok van de rode lekkernij en dan weer verder. Onderweg zien we veel bedevaarders stappen richting Compostella. Even voorbij de Rio Arga is er voldoende parkeerplaats om een foto te nemen van de brug met de 7 bogen, gemaakt voor de bedevaarders. Daarna duiken we even het stadje in. We houden het kort want het wordt laat en we willen Pamplona bereiken voor de avond valt dus we springen in onze motorhome en reizen verder.

    We houden halt op een camperplaats in Berriozar, op 4 km van Pamplona centrum. Bij het zwembad kopen we de volgende dag muntjes voor elektra en water. We betalen 8 euro voor de staanplaats. De bushalte naar het centrum bevindt zich slechts 500 m verderop. De volgende ochtend vertrekken we met de bus naar Pamplona. Wie Pamplona zegt, denkt meteen aan de stierenloop tijdens San Ferminfeesten. We volgen de route (800 m) die de stieren moeten afleggen. Acht dagen lang worden er ’s morgens 6 vechtstieren door de nauwe straten gejaagd. Duizenden jongemannen proberen moed en durf te tonen door mee te lopen en de stieren voor te blijven. De stieren worden diezelfde dag in een stierengevecht in de arena afgemaakt. Daarna volgt een week vol met eetfestijnen, Baskische volksdansen, openluchtconcerten, straattheater, vuurwerk en de reuzenparade als afsluiter op 14 juli.

    De geschiedenis van de stierenrennen is niet helemaal duidelijk. Om de stieren vroeger van de arena naar de stal te krijgen moesten ze over straat lopen. Na verloop van tijd begonnen mensen mee te lopen en groeide het uit tot een traditie. Maar vooral het boek van Ernest Hemingway heeft bijgedragen aan de populariteit. We besluiten dan ook om Hemingway een bezoekje te brengen in café Iruña op de Plaza del Castillo. Daarna bezoeken we de kathedraal van Santa Maria waar de graftombe van Carlos III en zijn vrouw Eleonore gevestigd zijn. De letter B van hun dochter Blanca staat hoog tegen de gewelven. Moegewandeld, nemen we de bus terug naar onze standplaats.

    Pamplona – Olite – Zaragoza | 176 km

    Na een uitgebreid en boeiend bezoek aan Pamplona rijden we richting Zaragoza, maar niet zonder even te stoppen in Olite. Het koninklijk kasteel van Olite gelegen vlakbij de oude stadspoort loont echt de moeite. Het kasteel werd verbouwd door Carlos III omdat zijn vrouw Eleonora niet wilde wonen in een kil en oud kasteel. Een pikant detail: het was op deze toren dat voormalig burgemeester Ilse Uytersprot met een vriend de liefde bedreef. Dat plaatsje leggen we maar al te graag digitaal vast net zoals haar escapades zijn vastgelegd. We brengen nog een bezoek aan de kapel en het plein achter het kasteel waar we iets drinken in de mooie parador. Via Borja, de plaats waarvan de beruchte familie Borgia afkomstig is, rijden we door tot Zaragoza. De camperplaats daar werd ons afgeraden omwille van het luidruchtig park ernaast. We rijden dan ook door naar de camping Ciudad de Zaragoza. We betalen er 28,50 euro. Wel duur maar je krijgt een veilige haven in ruil.

    De volgende dag zitten we terug op de bus naar het centrum. De immense barokke basiliek van Nuestra Señora del Pilar is het eerste trekpleister dat we bezoeken. De basiliek is gelegen aan een van de grootste pleinen van Europa. Aan de andere kant van het plein ligt de kathedraal. Een wandeling door de stad brengt ons ook langs de resten van de Romeinse omwalling en de mooie overdekte markt. Een meevaller dat we vandaag de stad bezoeken want tegen de avond loopt het centrum, overvol. Blijkbaar is het feest ter ere van ‘la virgin del Pilar’. Dat wil zeggen veel muziek, vuurwerk, bier en wijn. Jong en oud lopen feestend door de straten en hangen rond op de pleinen. Er worden ook bloemen geofferd aan de patroonheilige van de stad. Een avond vol plezier gegarandeerd. Als je zelf het feest wil meemaken moet je rond de 2e week van oktober de stad bezoeken. Als je wil kan je hierna eventueel nog een dag uitrekken voor een tocht langs Calatayud, Nuevalos en het Monasterio de Piedra, met zijn prachtig park.

    Zaragoza – Vilanova i La Geltrù (Barcelona) | 317 km

    Via een prachtige route, maar kleine omweg, langs Huesca en Barbastro rijden we richting Barcelona recht naar camping Vilanova Park waar we gelukkig terecht kunnen met onze campingcard. De vriendelijke Nederlandstalige Jolanda staat ons te woord. Van hieruit bezoeken we het nabijgelegen Sitges, een bekende homostad. Iets wat heel duidelijk blijkt tijdens onze wandeling. Een uitstap naar het bedevaartsoord Montserrat is dan weer een heel andere unieke ervaring. Probeer op tijd te komen om de rij wachtenden, die de Zwarte Madonna (La Moreneta) willen begroeten, te vermijden. Een parkeerplaats hier zoeken is ook niet evident. Het klooster zelf rust op de massieve berg Montserrat. Het uitzicht op de omringende laaglanden is dan ook prachtig. De binnenkant van het klooster zelf is fenomenaal. In het museum kan je werken terugvinden van grootmeesters zoals Dali en Picasso. Ook de immense bodega Torres staat op ons lijst. We rijden dus naar Vilafranca del Penedès, ook beter bekend als de thuisbasis van de Castellers of menselijke torenbouwers. Nu we in de streek van de cava zitten nemen we de kelders van de Cava Codorniu er ook maar bij. We worden overrompeld door 38 km lange ondergrondse opslagruimtes die eigendom zijn van deze bodega. Een echte aanrader.

    Natuurlijk staat ook het kleurrijke en werkelijk unieke Barcelona nog op het programma. We rekken hier enkele dagen voor uit en nemen de autobus die bij de ingang van de camping stopt. In Barcelona is er zoveel te doen. Lekker languit op het strand liggen, de architectuur bewonderen, genieten van heerlijke tapas, maar vooral de prachtige bouwwerken zoals de Sagrada Familia (basiliek), het Palau de la Musica (concertgebouw), Casa Mila (bekend appartementsgebouw), … bewonderen. Vergeet zeker niet langs Mercat de la Boqueria (markt) en de Rambla (boulevard) te gaan. In deze stad is er altijd wel iets te doen en word je continue verrast door de prachtige kunstwerken die de stad sieren. Hierna keren we spijtig genoeg terug huiswaarts, via Milau, Clermont-Ferrand, Troyes, Reims, Charleroi en Tienen om zo terug aan te komen in Geel. Terwijl Gaudi nog steeds nazindert in onze gedachten.

    MEER TIPS EN REISVERHALEN?

    Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Gerelateerde artikels